Een belangrijk begrip is de molariteit, dit is een maat voor hoeveel moleculen er per liter aanwezig zijn. Wanneer je een zout oplost, zullen er meerdere deeltjes in de oplossing terecht komen. Stel je lost CuBr2 op in water, dan zullen er per molecuul CuBr2 één deeltje Cu2+(aq) en 2 deeltjes Br-(aq) ontstaan. Er zijn dan dus meer bromide-ionen dan koper-ionen aanwezig en daardoor kun je zeggen dat de molariteit van bromide ionen hoger is. De molariteit wordt aangegeven met blokhaken, bijvoorbeeld [Br-(aq)] betekent 'de molariteit van Br-(aq)'. De eenheid van de molariteit is mol per liter.
Niveau
- havo
- 4
- vwo
- 4