Signaalwoorden komen in teksten veel voor. Deze woorden geven relaties tussen zinnen aan: argumenten, opsommingen en conclusies bijvoorbeeld. Welk signaalwoord hoort eigenlijk bij welke categorie in het Duits? Zijn er regels om de signaalwoorden en de relaties te herkennen?
Niveau
- havo
- 4 5
- vwo
- 4 5