Bij 'normale' kruisingen wordt gekeken naar autosomale eigenschappen; eigenschappen die op de autosomen (dus de niet-geslachtschromosomen) liggen. Bij x-chromosomale kruisingen kijken we juist wel naar de geslachtschromosomen. Zoals je weet heeft een vrouw twee x-chromosomen, terwijl een man één x- en één y-chromosoom heeft. Op x-chromosomen liggen veel meer eigenschappen dan op een y-chromosoom, doordat een x langer is dan een y. Hoe gaan x-chromosomale kruisingen in hun werk?
Niveau
- havo
- 4
- vwo
- 4